De patient die denkt dat de dokter, de ziekte, de pech of wie dan ook de baas is, heeft een gezagsprobleem met zichzelf.
Meewerkend voorman
De patient is wel de baas over zichzelf, als een soort meewerkend voorman. Want de meeste patienten zijn niet alleen. Ik ook niet. Ik ben mijn eigen meewerkend voorman, mijn directe omgeving werkt mee. Samen zijn wij de baas over onszelf.
Chef de Parkinson
Gaat het over parkinson, dan ben ik Chef de Parkinson, die pet moet ik op. De dokter is de baas over wat we gaan doen, met dat parkinson, welke medicijnen en welke vooral niet. Mijn dokter heeft een tijdje gezelschap gehad van een paar andere dokters op andere vakgebieden. Aan een van die dokters vroeg ik dus: jij gaat over vaten, hij over longen en zij over benen en mijn eigen (leuk wel, ‘eigen’) dokter gaat over mijn brein. Dokters die over je brein gaan, zijn wat mij betreft iets meer de baas dan benendokters. I know, is een beetje onzin, maar ik heb ontzag voor de kennis en ervaring van mijn neuroloog.
Wie er dus de baas is, vroeg ik.
Dat vroeg ik vrij bazig, achteraf. Nou eeh ja de internist is de baas, zei ze. Daar was ik als Chef de Parkinson wel okey mee. Terwijl een klein, dapper hersentje in mijn hoofd dacht: mooi niet, wij hier in dat hoofd zijn zelf de baas.
Dat hele baas-gebeuren gaat over verantwoordelijkheid. In de vorige blog over de dokter die de baas is, stel ik vast dat de dokter inderdaad de baas is over de kennis en ervaring waarmee hij of zij jouw gezondheid bevordert. Dokters hoeven daar niet ingewikkeld over te doen, ze hoeven niet te doen alsof ze mijn leerling, partner of wat heb je nog meer, coach of brrr guide, zijn. Als ze dokter zijn met die kennis en ervaring, dan is het voor mij goed.
Ik ben patient met kennis en ervaring, daar ben ik dus chef over. En dat is een behoorlijke verantwoordelijkheid. Vergelijkbaar met die van de dokter. Ik moet precies weten hoe iets voelt of voelde, of iets niet of wel in de haak is, of we 112 moeten bellen of gewoon de huisarts voor volgende week een keer.
Samen zijn we de baas
Samen zijn we de baas, de dokter, mijn omgeving en ik. We hebben alleen wel ieder ons specialisme. Ik ben blij met het rijtje dokters dat aan mijn huid, haar, hart en nieren en ziel, hoofd, knie en teen, vlees en bloed (ieuw) is voorbijgetrokken. Dank je wel dokters, dat je je vakgebied de baas bent.